Het huis…

Op mijn favoriete fietsroute staat een oud huis. Eigenlijk is het een ruïne of misschien een oude schuur geweest, maar het trekt mij altijd aan. Als ik voorbij fiets, is het een somber gezicht. Hij staat helemaal alleen in de wijde omtrek.

Zijn bakstenen zijn donker, ramen zonder glas of kozijnen en het dak is hij verloren. Hij stond in een tijd die er nu niet meer is. Zijn tijd en zijn geschiedenis is gemaakt. Het is een trieste bedoeling.

En toch…

Blijf ik het bewonderen.

Hij staat in de weilanden in een zijroute. Ik ben er weleens naar toe gefietst en stil gestaan. Ik had hem helemaal in me opgenomen en bedacht hoe hij er in “zijn” tijd uit had gezien. Wie bij hem mocht wonen of wat hij mocht beschermen.

Gewoon bijzonder.

En dat blijft hij. Elke keer weer.

Het is een kijkje in het verleden en hoever dat ligt, doet er niet heel veel toe. Zijn skelet heeft het huis gedragen en dit is als enigste nog over. Hij heeft zichtbaar veel meegemaakt.

Ik denk aan mijn eigen skelet en hoe belangrijk de stevigheid daarvan is. Mijn lichaam en skelet is mijn huisje.

Iejoor…

Ja wat kan ik zeggen… Vandaag is echt een dag die beter maar snel voorbij kan gaan.

En hij begon nog zo mooi…

Vandaag is mijn vrije dag. Ik had besloten om nog voor het ontbijt eens lekker een uurtje te fietsen. Nou en dat was toch eens lekker wakker worden. De wind blies mij tot de helft van mijn route en hierdoor kon ik rustig genieten. De tweede helft moest ik het zelf doen en de wind was recht in mijn gezicht. Hij hield mij behoorlijk lang op mijn route. Maar ik kan niet anders zeggen dat we samen een mooi spel hebben gespeeld.

Tevreden van de inspanning ga ik aan een kopje thee en yoghurt.

Hierna ging het alleen maar bergafwaarts.

Ik erger me aan van alles. Het slechte donkere weer, een onvoldoende van zoonlief, pubergedrag van dochterlief. Het is allemaal onder 1 dak en schuilen kan niet.

Verbergen voor de realiteit is niet mogelijk en je moet het er mee doen. Maar het lukt me vanmiddag niet.

Ken je Iejoor uit Winnie de Poeh?

Die ken ik ook.

Van het einde van de ochtend tot halverwege de middag voel ik mij een stekelvarken. Ik hou mijn stekels scherp en laat ze duidelijk zien. Met een onzichtbaar schild hou ik iedereen op een verre afstand.

Maar daaronder zit natuurlijk iets anders.

Iejoor.

Ik merk aan mezelf dat mijn stekels er niet meer zijn en er een Iejoor tevoorschijn komt. Iejoor is pessimistisch, somber en het lijkt alsof hij zwaar depressief is.

Eigenlijk vind ik hem gewoon heel zielig.

En toch is hij ook heel lief.

Ik kijk naar buiten, het regent en het is donker aa n het worden. De mooie sneeuw is weg en de lucht is grauw.

Het is tijd om Iejoor achter te laten en weer verder te gaan. Dit gaat niet altijd makkelijk en soms duurt het een nachtje.

Opstopping…

Van al dat thuiswerken en thuis zitten zou je denken dat je veel kunt uitrusten. En gedeeltelijk is dat echt zo. Ik vind het fijn om niet perse mijn haar te doen voordat ik ga werken. Er is namelijk niemand die dat ziet. Of dat ik gewoon de hele dag in een joggingpak kan werken omdat ik daar zin in heb. En in een overleg via online meeting zie je zelfs DAT niet.

Af en toe kijk ik naar een potje nagellak. Ik heb hem zelfs al klaar gezet in de douche. En elke keer blijft het bij kijken en denk ik… neh…

Maar af en toe ga je er toch uit. En gelukkig maar. Anders zou je jezelf echt kunnen verslonzen.

~ik in ieder geval wel~

Alleen omdat je nu zo vaak thuis bent, heb je een ander leefpatroon. Ik kan niet zeggen dat het ideaal is, met vier personen in huis. Maar we overleven het. En dat andere patroon is nu bij mij geland. Het staat in een zeer veilige omgeving en iedereen weet zijn route.

Van de week ben ik wat meer afgeweken van dat patroon en heb gemerkt dat het veel prikkels met zich meebrengt.

Ik was een halve dag op het werk en daar kwam ik wat collega’s tegen die ik al een tijd niet had gezien. We hebben hard gewerkt en veel gepraat. Alleen zoveel woorden achter elkaar ben ik niet meer gewend. Ik merkte dat de woorden op een gegeven moment niet meer binnen kwamen. Een soort van storing in mijn hersenen. Of beter gezegd, de woorden die via mijn oren binnen kwamen, konden niet meer worden verwerkt. Ze duwden en duwden omdat er steeds meer woorden bij kwamen. Ik werd er een beetje wanhopig van.

Een time-out is dan even noodzakelijk om mezelf te herpakken.

Gelukkig bestaat er iets als een WC. Daar ben je even (zeker weten) alleen.

Na het werk moest ik nog wat boodschapjes doen en daarna had ik weekend.

‘S avonds ben ik helemaal gesloopt. De woorden, de prikkels, alles wat ik had gehoord en gezien is verwerkt. Mijn lichaam staat in de spaarstand en de accu moet dringend worden opgeladen.

Tijdens een gezellig filmpje en een snack val ik na een half uur al in slaap.

Het voordeel van veel thuis zijn is dat je zelf je prikkels kunt bepalen. Het is immers je eigen omgeving. Mijn nadeel is dat ik hieraan ga wennen en de dagelijkse (externe) prikkels niet goed kan opvangen of doseren.