Van binnen…

Wanneer ik vroeger met mijn barbies speelde,
verkleedde ik een mooie barbie in vermomming.
Met andere kleren, skibril, aparte schoenen, twee jassen, het haar helemaal vast, was ze onherkenbaar en had ze van niemand last.
In het spel met de barbie was het voor de andere barbies dan ook heel verrassend wanneer ze haar ware gedaante liet zien.

Ik ben rustig, niet luidruchtig en heb niet het hoogste woord.
Ik kan het wel, maar vind het vaak niet nodig.
Prima vind ik het, maar het zijn vaak anderen die je willen horen en zien.

Goed.

Tuurlijk kan ik dat, maar alleen wanneer ik dat nodig vind.
Ik merk genoeg op, dus af en toe delen zou moeten kunnen.

Op het werk is het momenteel nodig.
Het wordt een beetje van je verwacht zeg maar.

Die vermomming helpt mij. Om bij mezelf te blijven.
Maar af en toe moet hij daar af.

Wanneer ik de vermomming uit moet trekken, lijkt het alsof ik mezelf moet voorstellen.
Ze zien een andere kant.

Tuurlijk ben ik diezelfde.
Alleen zonder de vermomming zien ze blijkbaar iemand anders.

Ik kreeg van mijn collega een spreuk via mijn telefoon.

“Don’t underestimate me…
De tekst zou op mij slaan 🙂

 

En dan…
Denk ik met een glimlach terug aan de barbie.

Laat je niet beïnvloeden door wat je ziet.
Want diep van binnen zit er altijd meer in, dan je soms van buiten doet lijken.

Ziek…

Ziek zijn.
Ik denk dat niemand dat leuk vind.

Wat ik altijd als raar ervaar, omdat je niets kan als je echt ziek ben…
Dat je dan pas niet van je plek komt.
Alsof je lichaam je hebt getackeld en je kan niet meer overeind komen.

Je bed…of de bank is je beste vriend.
En dat dan de hele dag.

En in mijn geval dit keer…
Een hele week.

~Pfff~

Ziek zijn komt nooit uit.
En is ongelegen bezoek.

Ik kreeg vakantie.
En op mijn laatste werkdag voelde ik me niet lekker.
Ik liep de deur uit en wenste iedereen een fijne vakantie.
En de zelfde avond lag ik gevloerd.

Had ik te hard gewerkt?
Of gewoon vette pech?

Het maakte niet uit, ik was ziek.

De pech was, dat ik vakantie had en de rest van mijn gezin ook.

Na een week op bed/bank ging het eindelijk langzaam aan beter.
Herken je dan ook, wanneer je je iets beter voelt, denkt dat je de hele wereld aan kan?

Juist…

Dat had ik ook.
Teveel tijd gehad om te denken.
Teveel gelegen.
Ik zou er bijna doorlig plekken van hebben gekregen 😉

Dus hup.
Van de bank.

Grasmaaien :-0
En dan nog raar vinden dat je er kapot moe van wordt.

Tsja…
Beetje eigenwijs.
Beetje ongeduldig.

Gelukkig gingen we op vakantie.
Daar kon ik de rust goed vinden.
Genoten van de rust, met een goede gezondheid.
Van niets dat moet en in je eigen tempo.